Menu

Twee in één: bouillon en hammetje

Twee in één: bouillon en hammetje

Printen

Werkwijze

Neem een grote pot met een volume van ongeveer vijf liter. Doe het koude water erin en 1 grof gesneden ui, twee wortelen en het grofgesneden groen van de prei. Door met koud water te starten, geven de groenten hun smaak af aan het water.

Pas na een tiental minuten, als het water kookt, voeg je de hammetjes toe. Zo behouden die hun smaak.
Voeg de tijm en laurier toe en laat alles twee uur trekken, maar laat nooit echt koken. 

Haal de hammetjes eruit, zeef de bouillon, kruid met peper en zout: de ideale basis voor een groentesoep.

Voor de groentesoep heb je de extra wortelen, erwten, bloemkool en het wit van de prei, in ringetjes gesneden, nodig.
Breng 2 liter bouillon aan de kook en doe er de groenten in. Houd enkele bloemkoolroosjes apart. Laat alles 45 minuten sudderen. Voeg pas na een halfuur de erwtjes en bloemkoolroosjes toe en laat alles nog eens goed opkoken.

Werk net voor het serveren af met de verse kervel of peterselie.

De hammetjes

4 eetlepels mosterd, fijne of met graantjes

2 eetlepels honing

1 eetlepel olijfolie

peper en zout

Meng alle ingrediënten en smeer de hammetjes in, een halfuur voor je ze bereidt. Houd een deel van de marinade over om de braadslee royaal mee in te smeren.
Verwarm de oven op 160 °C, leg de vier hammetjes in de braadslee en laat 30 minuten braden.

Serveer de hammetjes onmiddellijk, terwijl ze nog goed warm zijn.

Lekker met een frisse salade en aardappel in de schil.